zondag 9 april 2017

Het sociale domein vraagt om mental maps in plaats van klassieke kaarten

"Een rijke buurman trekt je niet omhoog" was de kop waarmee NRC berichtte over het proefschrift van politiek socioloog Emily Miltenburg. In dat proefschrift betoogt Miltenburg dat er veel minder sprake is van een verheffend/emanciperend effect van "de buurt" op haar bewoners dan vaak wordt aangenomen. Henk en Fatima verleiden tot een verhuizing vanuit de Schilderswijk naar Wassenaar zal ze dus niet als vanzelf enige sporten doen stijgen op de sociaal-economisch ladder.

Waarom is dat interessant vanuit een geo-perspectief?

De laatste jaren is de geosector druk bezig nieuwe markten en toepassingen te verkennen, waarbij er vaak wordt gekeken naar het ontginnen van braakliggend geo-terrein in het sociale domein. Niet dat ruimtelijke informatie daar in het geheel niet gebruikt wordt (denk aan het gebruik van de Kansenverkenner door de gemeenten Den Haag en Zaanstad), maar er ligt nog een markt braak voor GeoBI-achtige toepassingen in het sociale domein.

Of toch niet?

Miltenburgs onderzoek is immers een pleidooi om sociaal-economisch beleid niet aan "de buurt" maar "de bewoners" op te hangen. Een buurt opstoten in de vaart der volkeren is immers niet automatisch het verbeteren van de positie van haar bewoners. Blijkbaar zijn we hier met z'n allen iets te enthousiast doorgeschoten in het denken dat een probleem met een ruimtelijke component (Ingrid en Achmed wonen immers op een bepaalde plek) opgelost moet worden door op dat ruimtelijke aspect (de buurt) te focussen.

Tijd om onze op geo-centrische GIS-analyses vaarwel te zeggen, en onze geografische informatiesystemen te verrijken met een flinke klodder behavoriale geografie. Da's knap lastig, want onze sector is van oudsher nogal exact ingesteld en kan moeilijk uit de voeten met een niet-rationeel handelende factor die de mens is. Maar als we de berg kaartlagen in onze maps kunnen uitbreiden met mental maps zie ik voor geo-toepassingen in het sociale domein een mooi (ondersteunend) perspectief.


Aan de slag met Geo BI? Kijk eerst even "naar je eige"!

De laatste jaren is business intelligence, de tak van sport die met name voor commerciële toepassingen uit modder (data) goud (informatie) probeert te maken, weer wat meer op het spoor gekomen van ruimtelijke informatie. Weliswaar doet de primitieve wijze waarop "geo" in een product als Micosoft PowerBI wordt geïmplementeerd vermoeden dat er sinds de dagen van Mappoint weinig geo-specialisten een baan in Redmond hebben gevonden, maar het is een stapje in de goede richting.
Ook Esri is met haar "Insights for ArcGIS" juist vanuit de geohoek flink aan de BI-poort aan het rammelen.

Toch valt de grootste winst op BI gebied voor de geosector volgens mij direct om de hoek te halen. Onze van steeds meer interactiviteit voorziene webmaps blijken namelijk maar mondjesmaat geconsumeerd te worden. In het artikel http://mapbrief.com/2017/04/06/few-interact-with-our-interactive-maps-what-can-we-do-about-it/ wordt dat overtuigend beschreven. Opvallend dat de ondertitel "and what can we do about it?" suggereert dat de interactiviteit in kaarten-op-het-web welhaast als een verplicht nummer wordt beschouwd. Gelukkig laat het artikel zelf wel ruimte voor de suggestie om interactiviteit niet toe te passen.

BI-technieken om meer inzicht te krijgen in de wijze waarop een interactieve webkaart wordt gelezen bestaan al enige tijd. Denk aan Maptiks (voor ArcGIS Online, Leaflet, OpenLayers), denk dacht aan Geocortex Optimizer voor Geoweb/Geocortex Essentials. (ik kon tot mijn verrassing Optimizer niet meer terugvinden op de Geocortex site. Wel -oh ironie- een Geo-BI product...)
Clicks, pans en zooms kunnen worden gemeten en geanalyseerd, maar ook de frequentie van interactie als layers aan/uitzetten, labels aanzetten, ondergrond wijzigen van topografie naar luchtfoto (om maar eens een klassieker te noemen). En wat verderstrekkend: welke straat- en plaatsnamen er in de zoekbox worden ingetikt, en of er direct daarna alsnog flink wordt gepand om op de webplek van bestemming terecht te komen.

Ik kom in de praktijk echter weinig tegen dat deze webmap-BI-tooling uit de verpakking wordt gehaald, nog minder dat-ie wordt geïnstalleerd en geconfigureerd en eigenlijk helemaal niet dat de er mee verzamelde data in informatie wordt omgezet, er conclusies aan worden verbonden en er op wordt geacteerd.

Jammer, want wij van de geo steken veel tijd en geld in onze fancy viewers. Maar de return on investment daarvan brengen we niet in kaart waardoor we iedere keer weer aan "het management" moeten wat de meerwaarde is van geo.