Sinds 2 jaar bemoei ik me (met zo''n 20 buurtbewoners) intensief met de herziening van het bestemmingsplan van het gebied waar ik vanuit mijn Amsterdamse woning op uit kijk. Vorig jaar heb ik daar bij twee gelegenheden wat over verteld (zie presentatie nr. 8 op de site van een Geonovum dag over 3D en de omgevingswet). Erg leuk om als geo-professional met ruime ervaring in de ruimtelijke ordening vanuit een ander perspectief (dat van de burger) medeprofessionals een nieuw inzicht mee te geven.
(Aardige anekdote: bij aanvang van mijn verhaal vroeg ik aan de met 100 man/vrouw gevulde zaal hoeveel burgers er in de zaal waren. Slechts 10 mensen staken hun hand op... Got it?)
Kern van mijn betoog was dat a) bestemmingsplannen heel moeilijk leesbaar zijn, en dat RO-Online het daarbij niet gemakkelijker maakt (de meeste bewoners hebben zelf na aandringen bij de gemeente een PDF met de plankaart losgepeuterd), b) een bestemmingsplan met veel hoogbouwaspecten in een platte plankaart wel erg moeilijk leesbaar is en c) dat het proces van inspraak, dus nog los van de planinhoud, voor argeloze burgers bijna ondoorgrondelijk is. In Amsterdam overigens extra bemoeilijkt omdat centrale stad en bestuurscommissie er nog steeds niet uit zijn wie welke rol heeft op gebied van bestemmingsplannen. Dat het in dit geval om een globaal bestemmingplan met uitwerkingsplicht gaat maakt de zaak nog even wat complexer.
Voor de inleefbaarheid in de inhoud hielp het mijn medebewoners heel veel om -met Google Earth Professional, gevuld met Amsterdamse 3D panden- een aantal 3D beelden van het bestemmingsgebied te construeren, en daar een hele serie gezichtspunten mee te maken, met zowel "best case" als "worst case" scenarios. Door er een paar bekende Amsterdamse gebouwen in te zetten die ongeveer dezelfde hoogte hebben als wat het bestemmingsplan straks toestaat won de 3D verbeelding nog meer aan zeggingskracht. De stap naar Augmented Reality of VR moet ik nog even maken...
Met de uit deze 3D verbeelding voortkomende inzichten hebben we in onze zienswijze de gemeente en stedenbouwkundig bureau Urhahn weten te overtuigen om méér variatie in bouwhoogte aan te brengen door op sommige plekken juist hoger te bouwen dan de voorgestelde 42 meter.
Het mooie is dat parallel aan dit lokale buurtproces het Digitale Stelsel Omgevingswet (DSO) steeds meer vorm krijgt. Wel maak ik me zorgen over ambitie en invulling daarvan, want ik zie in het programma maar een beperkte 3D ambitie voor de eerste fase. En ik zie veel technisch-inhoudelijke invulling, maar weinig hulpmiddelen waarmee de burger en andere belanghebbenden in het inspraakproces worden begeleid.
Wel meedenken helemaal aan de voorkant, in onschuldige ontwerpsessies (Geodesign!) in houtskool. Maar als het er echt op aan komt en je als burger geconfronteerd wordt met plannen die in inkt staan, en de doorlooptijden zoals die in de Omgevingswet staan moeten worden gehaald, dan kun je wel wat ondersteuning gebruiken. Wat zijn de spelregels, waar kan ik ze vinden wie stelt ze op en wie handhaaft ze? En wanneer heb ik mijn 3 minuten inspraaktijd? Want daar komt het uiteindelijk op neer.
Gelukkig heeft het Sociaal Cultureel Planbureau dit onlangs in het essay "Niet buiten de burger rekenen" ook aan de orde gesteld. Inhoudelijk zeer herkenbaar, en bovendien in een vlotte stijl en compact geschreven waardoor je in een dik uurtje heel veel wijzer bent. Een absolute aanrader voor iedereen die met de Omgevingswet te maken heeft. En een mooi aandachtspunt voor het aanstaande Proverocongres.
Ondertussen participeren mijn buren en ik vrolijk door. Met overmorgen inspraak bij de raadscommisie RO over bij wie we nu eigenlijk over de planinhoud mogen inspreken. Een soort van meta-inspraak dus!
maandag 22 februari 2016
Abonneren op:
Posts (Atom)