zondag 19 april 2015

Een extra dimensie voor GeoSamen: van "gouden driehoek" naar "quadruple helix"

Al eerder kwam op deze plaats de Nederlandse geobeleidsvisie met de welluidende titel GeoSamen aan bod. In die visie staat de "Gouden driehoek" centraal: het samenspel van bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheid. Nu is een term met daarin het woord "driehoek" voor met name het op inwinning gerichte deel van de geosector natuurlijk een aantrekkelijke metafoor maar het is toch wat zorgelijk dat buiten onze sector de term "Gouden driehoek" wegens iets teveel associatie met opiumproductie alweer op de mestvaalt der vergetelheid is gedumpt, en vervangen door de triple helix. (Voor niet-ingewijden: een helix is een driedimensionale spiraal: een triple helix zijn drie in elkaar draaiende spiralen)

Opmerkelijk is dat al tijdens de presentatie van GeoSamen, op het Geofort in april 2014, geconcludeerd werd dat er wellicht een punt aan de gouden driehoek ontbrak: de burger! Des te opvallender omdat in de tekst van Geosamen initiatief door burgers als een belangrijke sociale trend wordt herkend, en een pagina verder wordt geschreven dat "overheden, bedrijfsleven, wetenschap en burgers afspraken moeten maken over de inrichting van onze toekomstige informatievoorziening". Op de 20 resterende bladzijden van de visie wordt de burger hooguit een enkele keer genoemd maar dan slechts als consument aan wie "producten, wetenschappelijke doorbraken en innovatieve overheidsdienstverlening actief worden gecommuniceerd". Verder is het alleen de gouden driehoek wat de klok slaat.

Dat die burger er zo mager afkomt in GeoSamen is opmerkelijk in deze tijd van participatiesamenleving. Want de burger kan tegenwoordig twee petten op hebben. Ten eerste is de burger degene voor wie we het allemaal doen. Wellicht denkt het geobedrijfsleven precies te weten wat de burger wil, of denkt de geo-overheid nog dat overheid en samenleving synoniemen zijn, maar anno 2015 kom je met zo'n paternalistische instelling niet meer weg. De burger weet zélf, individueel of in diverse, snel wisselende, coalities heel goed wat-ie wil. En, en dat is de tweede rol van de burger; hij is dankzij gemakkelijk verkrijgbare gereedschappen (lees: open source software) en brandstoffen (lees: open data) ook steeds meer in staat om niet alleen aan te geven wat hij wil, maar dit ook zelf te realiseren.

Ondertussen zien we dat met name in regionale en lokale innovatieagenda's die vierde partij wel in beeld is. Soms wordt de burger daarbij nog wel geacht zich in een maatschappelijke organisatie te verbinden, zoals in de Noordelijke Innovatieagenda 2014-2020, soms mag die burger ook individueel aanschuiven. Dat zien we met name bij de ontwikkeling van stedenbouwkundige plannen, zoals Oostenburg in Amsterdam.
En we zien in de praktijk al diverse LivingLabs waarin ook de burger een partijtje mag meeblazen en ook de verse samenwerking tussen Rijkswaterstaat en de OpenStreetMap community is een mooi voorbeeld van invulling geven aan de quadruple helix.

Al met al een schone taak voor het klassieke geo-trio overheid, kennisinstellingen en bedrijfsleven om hun eigen positie ten opzichte van die calculerende burger te bepalen. Wat verwacht je van de burger? Wat kun je de burger bieden om te helpen die verwachting te realiseren? Misschien helpt het om even te gaan buurten in Eindhoven waar TU/e bestuursvoorzitter Jan Mengelers vorige maand een essay uitbracht waarin de noodzaak om grassroots ontwikkelingen te herkennen, erkennen en waar nodig te stimuleren wordt beschreven. En dat niet alleen in Geosamen versie 1.1 op te nemen, maar uiteraard ook als leidraad bij het handelen te nemen.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten